19 april 2022

Strijd om land verscheurt Kameroense gemeenschappen

Terug naar nieuwsoverzicht

In Kameroen gaan gewapende conflicten hand in hand met conflicten over het eigendom en gebruik van land. Bezit van grond is er een belangrijk machtsmiddel en de handel erin kan veel geld opleveren. Minder dan tien procent van het land is op naam geregistreerd, wat zorgt voor veel conflicten tussen familieleden, gemeenschappen en tussen arme boeren en rijke machthebbers. De 59-jarige Benoît Bessala uit Koutou vecht al jaren voor het behouden van zijn land en krijgt daarbij sinds 2017 hulp van Commission Diocésaine Justice et Paix in Yaoundé. ‘Door de trainingen van CDJP heb ik veel geleerd over mijn rechten en de verschillende regels. Ik weet nu beter hoe ik moet omgaan met situaties in de rechtbank bijvoorbeeld.’

Benoît komt uit het dorp Koutou, niet zo ver van de hoofdstad Yaoundé. Hij vertelt over zijn vroege jeugd: ‘Ik verloor mijn moeder toen ik nog maar zeven jaar oud was. Mijn vader overleed toen ik elf was. Mijn drie broers, drie zussen en ik bleven met zijn zevenen over.’ Toen Benoîts moeder overleed, nam een tante de opvoeding van haar neefjes en nichtjes op zich. Na de dood van zijn vader werd de situatie financieel nijpend en uiteindelijk kon Benoît niet meer naar school. Hij droomde, net als veel Afrikaanse kinderen, van een carrière als professioneel voetballer. ‘Ik kon goed voetballen, ik zag mezelf al in het nationaal elftal spelen.’ Helaas ontwikkelde hij een vervelende en slepende longziekte, waardoor Benoît al snel niet meer kon spelen. De ziekte beïnvloedde ook zijn latere gezinsleven. ‘Ik trouwde en we kregen samen drie kinderen. Maar omdat ik nog steeds ziek was, maakte de gemeenschap mijn vrouw wijs dat het beter was om mij te verlaten. Ze vertrok en liet me achter met onze drie kinderen.’

Land verloren

Inmiddels Benoît is na vele jaren genezen van zijn ziekte. Hij houdt het hoofd boven water met verschillende werkzaamheden. Samen met zijn jongste zoon verhuurt hij zich als landarbeider en werkt af en toe voor de cacaocoöperatie waar hij lid van is. Op zijn eigen land verbouwt hij behalve cacao ook cassave, mais en bananen. Maar over dat land waar hij zijn gewassen verbouwt, is een conflict ontstaan. ‘Al mijn broers zijn inmiddels overleden. Als enige overgebleven zoon heb ik het land van mijn vader geërfd, die het weer van zijn vader had geërfd. Zo gaat dat in d traditionele gemeenschap, de zonen erven het land. Maar een ver familielid heeft een groot deel van het land achter mijn rug om verkocht. Door haar huwelijk met een gemeenteraadslid heeft ze goede relaties met de lokale elite en dus macht.’

Benoît raakte de afgelopen jaren steeds meer land kwijt en het stukje waarop hij nu nog gewassen verbouwt staat nog steeds niet officieel op zijn naam. ‘Ik ging met mijn probleem naar de dorpsraad. Daar kwam ik erachter dat iemand het land al op naam had staan. Zonder dat ik ervan wist was het verkocht aan dat verre familielid. Ze zeiden dat ik helemaal geen recht had op het land omdat ik niet van hier zou zijn. Terwijl dit land al 200 jaar in bezit is van onze familie en ik in Koutou ben geboren!’ De claims op Benoîts land komen ook van dorpelingen die vroeger zijn opa meehielpen op het land, en van de ‘elite’, zoals hij de rijken noemt. Die claims gaan soms zelfs gepaard met geweld. Benoît: ‘Ik breng nu veel tijd door bij mijn zus in een ander dorp, in Koutou kom ik alleen nog als mijn zoon van twintig meegaat. Door bedreigingen ben ik te bang om er alleen te zijn.’

Ze zeiden dat ik helemaal geen recht had op het land omdat ik niet van hier zou zijn.

Kennis vergroten voor meer gerechtigheid

Het conflict van Benoît staat niet op zichzelf. Zijn ingewikkelde familiegeschiedenis en discriminatie van de dorpsraad is niet uniek. De rechten van bijvoorbeeld weduwen en kinderen uit buitenechtelijke relaties – niet ongewoon in Kameroen – zijn zondermeer zwak te noemen. Traditionele en formele rechten lopen steeds vaker door elkaar en corruptie komt veelvuldig voor. De traditionele dorpsraden zijn nauwelijks meer in staat hier rechtvaardig uitspraken over te doen. De Commission Diocesaine et Paix (CDJP) Yaoundé, partnerorganisatie van Mensen met een Missie, geeft voorlichting en training aan lokale boeren en boerinnen over hun rechtspositie. Daarnaast trainen zij de traditionele dorpsraden, die recht moeten spreken bij landconflicten. Verder lobbyen zij bij de autoriteiten voor rechtvaardige en eenvoudigere procedures.

Vooral rondom de hoofdstad Yaoundé gaan bovengemiddeld veel conflicten over landrechten. Door de steeds groter wordende stad is de druk op land in de buurt enorm toegenomen. Middels voorlichting en training ondersteunt de CDJP kwetsbare grondeigenaren en waarschuwt hen hun grond niet te makkelijk te verkopen. Ze hebben het land immers nodig voor hun levensonderhoud, bovendien wordt het in de toekomst alleen maar meer waard. Ook Benoît volgde verschillende cursussen en trainingen bij het CDJP. ‘De voorlichting en trainingen van de commissie hebben me veel nieuwe kennis gegeven en gesterkt in mijn gevecht voor mijn land. Ik ga nog altijd elke maand naar de bijeenkomst van de commissie waar we ervaringen en tips met elkaar uitwisselen.’ Het enige dat Benoît nu nog in de weg staat om zijn land officieel op zijn naam te zetten, is geld. CDJP Yaoundé helpt boeren als Benoît door aanvragen te bundelen in groepsaanvragen bij de overheidsdiensten, waardoor de kosten aanzienlijk kunnen worden gedrukt.

Moreel appel

De commissie richt zich ook op de traditionele dorpsraden, met training en voorlichting over het formele rechtssysteem met de bijbehorende wetten over landtitels en gebruiksrechten. Maar bovenal doen ze een moreel appel op de dorpsraden. Via workshops wordt geprobeerd het rechtsgevoel te versterken en de verleiding van het aannemen van smeergeld te weerstaan.

De situatie van Benoît is weinig rooskleuring. ‘Ik ben zo bang dat ik het laatste stuk land ook nog kwijtraak. Hier liggen zes familiegraven, waaronder die van mijn grootouders. Dan ben ik alles kwijt, dan hebben mijn kinderen geen dorp meer waar ze toe behoren.’ Zijn deelname aan de CDJP houdt hem overeind. ‘Ik ben zelf voorlichter geworden en help buiten mijn eigen dorp andere mensen met kennis over hun rechten en de wetten. Ik geloof dat als de landconflicten kunnen worden opgelost, er vrede zal ontstaan in onze gemeenschappen.’ Het belangrijkste zijn voor hem de maandelijkse bijeenkomsten die de CDJP organiseert. ‘Ik ontmoet lotgenoten en we wisselen tips en ervaring uit. Het allerbelangrijkste is dat ze er alles aan doen om te zorgen voor vrede en gerechtigheid. Vrede is onbetaalbaar.’