09 december 2024

Jongeren in Nigeria kiezen nu voor dialoog in plaats van geweld

Terug naar nieuwsoverzicht

De christelijke Atang en islamitische Umar uit Nigeria herinneren zich de dag dat hun dorp op het punt stond in chaos te vervallen nog goed. Het nieuws verspreidde zich snel: een jong christelijk meisje was verkracht en vermoord toen ze in de buurt van een moslimwijk liep. ‘De spanning was om te snijden,’ vertelt Umar. ‘De christenen namen meteen aan dat dit door een moslim gedaan was, en waren uit op wraak.’ De situatie was bijna een nieuw hoofdstuk geworden in de lange geschiedenis van gewelddadige conflicten tussen christenen en moslims in Nigeria. Maar dit keer liep het anders. 
 
De Nigeriaanse staat Plateau, waar bijna evenveel christenen als moslims wonen, is al lange tijd het toneel van extreem geweld. Vooral op het platteland is de spanning hoog. Iedereen vecht om zijn eigen stukje land. Dat was vroeger heel anders; de christen- en moslimgemeenschappen leefden ooit vreedzaam naast elkaar. Ze kwamen bij elkaar over de vloer, aten samen en werkten samen op het land. Maar die situatie veranderde drastisch.  

Gespleten gemeenschappen

In de afgelopen twintig jaar ontstond een diepe religieuze verdeeldheid in Nigeria. Christelijke boeren botsten met nomadische moslimherders, met veel geweld en vaak zelfs doden tot gevolg. Door klimaatverandering en economische onzekerheid is de concurrentie om land en water toegenomen, wat de confrontaties de laatste jaren alleen maar heftiger heeft gemaakt.  

‘Bovendien heeft de politiek er baat bij om verdeeldheid te zaaien onder de bevolking. Zo blijven ze aan de macht,’ vertelt Justina Ngowbia, samenwerkingspartner van Mensen met een Missie. ‘Religie is daar een handig middel voor.’ De creatie van een nieuwe lokale regering leidde in 2001 tot een uitbarsting van geweld. Een nieuwe machtsverdeling gaf de moslims in Plateau State een politieke meerderheid, wat zorgde voor spanningen met de christelijke Inheemse bevolking, die zich bedreigd voelde in hun eigen land. Het conflict leidde tot duizenden doden, massale ontheemding en een regio die verscheurd is door angst en wantrouwen. 

Justina Ngwobia, directeur van JPRM

Buren die vroeger samenwerkten en vreedzaam naast elkaar leefden, ontwijken elkaar nu. Waar moslims en christenen ooit elkaars vrienden waren en samen dorpsfestivals vierden, zijn dat nu herinneringen uit het verleden. Interreligieuze huwelijken zijn taboe, en gemeenschappen leven gescheiden in angst en haat.   

Het begint bij de jeugd 

Ondanks deze donkere realiteit is er hoop. Mensen met een Missie werkt samen met Justina en andere Nigeriaanse partners om gemeenschappen te helpen conflicten op een andere manier aan te pakken. In speciale trainingen komen christelijke en islamitische jongeren samen en leren over dialoog, conflictoplossing en leiderschap. ‘Want het begint allemaal bij de jeugd,’ vertelt Justina. ‘De jongeren leren hun problemen op te lossen door met elkaar in gesprek te gaan, in plaats van geweld te gebruiken. We brengen ook religieuze en traditionele leiders samen om te praten over gedeelde waarden zoals respect en wederzijds begrip.’  

In gemeenschappen zoals die van Atang en Umar heeft dit geleid tot de oprichting van gezamenlijke burgerwachten waarin zowel christenen als moslims zij aan zij samenwerken om hun dorp veilig te houden. ‘Voorheen ontweken ze elkaar, nu zitten ze samen aan tafel,’ zegt Justina hoopvol. ‘Dat helpt enorm om het wantrouwen te verminderen en te leren om samen verantwoordelijkheid te nemen.’ 

Vrede en samenwerking 

Naast de burgerwachten zijn er ook andere initiatieven om moslims en christenen weer met elkaar te verbinden. Zoals gezamenlijke landbouwprojecten, waarin de gemeenschappen samen beslissen welke gewassen – zoals cassave en maïs – ze willen verbouwen. Vervolgens gebruiken ze de opbrengst voor lokale projecten die iedereen ten goede komen, zoals het bouwen van een nieuwe brug. Ook zijn er gezamenlijke spaarsystemen opgezet, waarbij moslims en christenen maandelijks bijeen komen om samen te sparen en elkaar kleine leningen te verstrekken. ‘Deze gemeenschappen zijn hierdoor gaan inzien dat vrede en samenwerking essentieel zijn voor succes,’ vertelt Justina. ‘Deze projecten verbeteren niet alleen de economische situatie, maar herstellen ook het onderlinge vertrouwen.’ 

Moslims en christenen werken samen aan gemeenschapsprojecten

Gezamenlijke verantwoordelijkheid 

Atang en Umar waren twee van de deelnemers aan de dialoogtrainingen van Justina. Voor Atang was het een manier om zijn leiderschap verder te ontwikkelen en te leren hoe hij zich kon inzetten voor zijn gemeenschap. ‘We hebben geleerd dat dialoog een betere oplossing is. Vroeger zouden we naar wapens grijpen, maar nu weten we dat we beter in gesprek kunnen gaan,’ vertelt hij bevlogen. ‘Door de trainingen begrijp ik nu dat we allemaal mensen zijn, ongeacht onze religie, en dat we in vrede kunnen samenleven.’  

Umar aarzelde in eerste instantie flink over het nut van de trainingen: ‘Ik was vrij sceptisch over het idee dat moslims en christenen ooit zouden kunnen samenwerken.’ Maar al snel veranderde zijn kijk. ‘Dankzij de training over vrijheid van religie en geloofsovertuiging realiseerde ik me dat we allemaal ongeveer hetzelfde geloven. Geen enkele religie moedigt aan om iemand anders kwaad te doen. We hebben een gezamenlijke verantwoordelijkheid om onze gemeenschappen te doen inzien dat geweld nooit de oplossing is.’  

Atang (l) en Umar (r) in gesprek met gemeenschapsleiders

Een tragedie die anders afliep 

De moord op het christelijke meisje gebeurde vlak nadat Atang en Umar hun training hadden afgerond. Deze verschrikkelijke gebeurtenis stelde hun nieuwe vaardigheden direct op de proef. Atang zat in de kerk toen hij een telefoontje kreeg over wat er zich op straat aan het ontvouwen was. ‘Ik ging er direct naartoe. Er waren veel jongeren van beide groepen op de been en er heerste een hele agressieve sfeer. Het stond op het punt te escaleren.’ Maar in plaats van mee te gaan in de emoties van de massa, brachten Atang en Umar de jongeren én de leiders van beide gemeenschappen met elkaar in gesprek. ‘Samen spraken we over wat er was gebeurd, we vroegen mensen naar elkaar te luisteren,’ vertelt Umar. De dialoog die volgde bracht beide partijen tot rust. ‘We hebben echt laten zien dat praten conflict kan oplossen. Dat meisje is tragisch gestorven, maar door met elkaar in gesprek te gaan hebben we voorkomen dat er grootschalig geweld uitbrak.’ 

Fragiele toekomst 

Ondanks deze doorbraak in het dorp van Atang en Umar is het werk nog lang niet klaar. ‘Het geweld is nog altijd aanwezig, vooral in de meer afgelegen dorpen,’ waarschuwt Justina. Met de nog altijd hoge spanningen in deze regio, is de behoefte aan deze trainingen daarom groot. Voor Justina is de toekomst zowel hoopvol als fragiel. ‘We moeten blijven investeren in deze initiatieven. De vrede die we nu zien in sommige dorpen, is broos. Maar ik geloof dat als we blijven samenwerken, we een blijvende verandering kunnen bereiken.’  

Umar kiest nu altijd voor dialoog

Leiderschap van jongeren 

Jongeren spelen daarbij een cruciale rol. ‘Jongeren zijn de toekomst van deze regio,’ stelt Justina. ‘Dankzij hun leiderschap en bereidheid om de dialoog aan te gaan, voorkomen ze dat conflicten escaleren.’ De verhalen van Atang en Umar laten zien dat verandering mogelijk is, zelfs in de meest verdeelde gemeenschappen. ‘We hebben nog een lange weg te gaan,’ zegt Atang. ‘Maar nu weten we dat we samen sterker zijn dan apart.’ Umar knikt en voegt toe: ‘Het is belangrijk dat we blijven praten. Dit is onze kans om aan een betere toekomst te bouwen.’