In gesprek met donateur Ketura Bijl-Zandvliet over discriminatie en opkomen voor jezelf
Ketura Bijl-Zandvliet (45) weet uit eigen ervaring hoe het is om te worden gediscrimineerd en uitgesloten. Het heeft haar niet verbitterd, maar juist gevormd tot een ruimdenkend mens, vertelt ze als ze haar persoonlijke missie met ons deelt.
Ketura woont samen met haar man en twee kinderen in Emmen. Ze groeide op in het Overijsselse Hardenberg waar haar ouders eind jaren zeventig een bruidsmodezaak begonnen. ‘Het was een heftige tijd. Wij waren een van de eerste donkere gezinnen in het dorp en waren niet welkom. Dat maakten ze ons wel duidelijk. De ramen werden ingegooid en de buurt startte een handtekeningenactie om ons weg te krijgen. Mijn moeder bleef altijd sterk en hield het een aantal jaar vol. Maar toen mijn vader door de stress een herseninfarct kreeg, vertrokken we.’ Ondanks alle ellende kwam Ketura er sterker uit.
Dromen najagen
Haar zus stimuleerde Ketura haar droom na te jagen. ‘Ik wilde net als mijn tante Joyce mensen helpen en maatschappelijk werker worden. Dat word je nooit, daar ben jij veel te dom voor, zei mijn juf in groep acht. Mijn zus was heel resoluut: jij kan worden wat je wilt.’ Het is tekenend voor het liefdevolle gezin. ‘Toen ik twaalf was kreeg mijn moeder MS. Wij hielpen als kinderen met de dagelijkse verzorging. We waren mantelzorgers, al kenden we dat woord toen nog niet. Het inspireerde mij om de zorg in te gaan. En zo startte ik op mijn negentiende met een opleiding sociotherapie en ging tegelijk aan het werk.’
Voor jezelf opkomen
Ketura zorgde twintig jaar voor patiënten met complexe psychiatrische problemen. Op een gegeven moment had ze zoveel agressie meegemaakt dat haar hartslag niet meer omhoogging als een van de patiënten heel boos was. ‘Mijn lijf reageerde niet meer op angst. Eigenlijk gingen mensen al jaren over mijn grenzen heen. En ik liet dat toe. Toen wist ik dat het tijd was om een andere keus te maken en mijn leven anders in te richten.’ Ketura had al bij verschillende collega’s gezien wat de gevolgen van ernstige incidenten in de zorg konden zijn. ‘Ik wilde voorkomen dat ook ik een posttraumatische stressstoornis ontwikkelde.’ Daarom werkt ze sinds begin 2023 als zelfstandige in de zorg voor mensen met een verstandelijke beperking.
Elk mens heeft recht op het leven dat hij voor zich ziet
Vertrouwen
Ketura vindt dat de samenleving erg hard is geworden. ‘De overheid beziet alles met argwaan. Regels worden gemaakt vanuit angst op misbruik. Dat zie ik terug in de zorg en in hoe mensen met elkaar omgaan. Hoe collega’s met ptss worden behandeld. Hoe mensen oordelen zonder met elkaar in gesprek te gaan. Daarom spreekt Mensen met een Missie mij ook zo aan. Jullie zitten nationaal en internationaal aan tafel. Laten mensen zelf denken. Wijzen niet met de vinger, maar stimuleren het gesprek. En dat jullie kleinschalige projecten hebben, geeft mij het vertrouwen dat mijn bijdrage goed terechtkomt.’
Eigen missie
Sinds Ketura van een aantal oud-collega’s hoorde dat ze lang moeten wachten op hulp bij het verwerken van trauma’s, heeft ze een eigen missie. ‘Ik wil een plek creëren waar vrouwen makkelijk kunnen binnenlopen om zich te uiten. Niet via de huisarts en allerlei briefjes, maar laagdrempelig. Een plek om te huilen, schreeuwen of vertellen waarom de spanning hoog zit, zodat ze daarna hun dag verder kunnen vervolgen. En kunnen overleven, totdat ze de hulp krijgen die nodig is. Tuurlijk hebben mannen ook hulp nodig, maar ik richt me op vrouwen, omdat vooral zij nergens terecht kunnen met hun verhaal. Ik onderzoek wat de mogelijkheden zijn voor zo’n plek om even te resetten.’
Ketura gelooft dat de meeste mensen alleen maar goed willen doen. ‘Elk mens zit anders in elkaar en dat is juist het mooie. Ik ben lang genoeg in hokjes geplaatst en weet wat de gevolgen zijn. Als we met elkaar in gesprek gaan zonder te oordelen, zou onze maatschappij een stuk minder verhit zijn.’